In 1882 begon men met de bouw van een nieuwe katholieke kerk naar het ontwerp van Margry, een leerling van de beroemde architect Cuypers. Reeds in oktober 1883 werd de nieuwe parochiekerk door Mgr. Bottemanne plechtig geconsacreerd en toegewijd aan de heilige Bartholomeus.
Aan weerszijden van de entree staan drie beelden van heiligen: H. Antonius, H. Theresia van Lisieux en H. Gerardus. Antonius werd en wordt veel aangeroepen bij verlies van dierbare voorwerpen, Theresia was een weldoenster en aan Gerardus werd steun gevraagd bij moeilijke omstandigheden.
Naast de entree bevindt zich de oude doopkapel. Vroeger werden de mensen pas in de kerk toegelaten nadat ze gedoopt waren, vandaar dat de doopkapel enigszins afgezonderd achterin de kerk stond. De gebrandschilderde ramen zijn in 1887 geschonken door de fam. Prins; in de ramen bevinden zich de namen van de heiligen waarnaar hun drie kinderen zijn genoemd. Na het Tweede Vaticaans Concilie is het doopvont rechts voorin de kerk geplaatst omdat volgens de huidige opvattingen kinderen – en volwassenen – midden in de gemeenschap worden gedoopt en zo in de Kerk worden opgenomen.
Aan weerszijden van de entree staan drie beelden van heiligen: H. Antonius, H. Theresia van Lisieux en H. Gerardus. Antonius werd en wordt veel aangeroepen bij verlies van dierbare voorwerpen, Theresia was een weldoenster en aan Gerardus werd steun gevraagd bij moeilijke omstandigheden.
Naast de entree bevindt zich de oude doopkapel. Vroeger werden de mensen pas in de kerk toegelaten nadat ze gedoopt waren, vandaar dat de doopkapel enigszins afgezonderd achterin de kerk stond. De gebrandschilderde ramen zijn in 1887 geschonken door de fam. Prins; in de ramen bevinden zich de namen van de heiligen waarnaar hun drie kinderen zijn genoemd. Na het Tweede Vaticaans Concilie is het doopvont rechts voorin de kerk geplaatst omdat volgens de huidige opvattingen kinderen – en volwassenen – midden in de gemeenschap worden gedoopt en zo in de Kerk worden opgenomen.
Op de plaats waar eerst een biechtstoel was, heeft de kunstenaar Hénan een uitgebreide kerststal gebouwd, waarin de hele profetie van Jesaia in beeld is gebracht. Dit uniek geboetseerde en gebakken tafereel is zo de moeite waard, dat pastoor Van Bockxmeer indertijd besloot dat het permanent moest worden opgesteld. In de kersttijd wordt achter in de kerk, in de vroegere doopkapel, nog een traditionele kerstgroep geplaatst.
In 1888 werd de kerk een kruisweg rijker. Pastoor Van Lijnschoten had hiervoor de bekende Amsterdamse schilder Jan Dunselman benaderd, die later ook de kruisweg zou schilderen van de St. Jeroen in Noordwijk en de St. Agatha in Lisse.
In de middeleeuwse religieuze kunst was het gebruikelijk om de initiatiefnemer of schenker van het kunstwerk ergens in het werk af te beelden. Dat is met de Voorhoutse kruisweg ook gebeurd: pastoor Van Lijnschoten heeft zich laten afbeelden uiterst rechts op de zevende statie.
Aan het hoofdaltaar is lang gewerkt; regelmatig werden onderdelen vervangen of extra versieringen aangebracht. Zo werden in 1895, het jaar van het zilveren priesterjubileum van pastoor Bots, de houten onderste delen van de altaar opstand door marmeren vervangen met daarop koperen symbolen van de vier evangelisten: een leeuw (Marcus), een adelaar (Johannes), een menselijk gezicht (Mattheus) en een rund (Lucas). Later werden aan de voorzijde van de altaar tombe vier koperen Franse lelies aangebracht als symbolen van reinheid en zuiverheid, die echter tijdens de periode van pastoor Bresser (1951-1967) weer werden verwijderd. Ook in de latere jaren werd als gevolg van veranderende visies op liturgie en kunst nog veel aan het altaar veranderd.
Pastoor Nijman (1973-1983) heeft het echter weer in zijn oude luister willen herstellen. Alleen de middelste toren van de altaaropstand is weggelaten om een vrij uitzicht te houden op de achterliggende glas-in-lood vensters.
De ook uit 1895 daterende eikenhouten preekstoel is in de zestiger jaren van de vorige eeuw afgebroken. De panelen van de kansel zijn verwerkt in een credenstafel voor de ampullen met water en wijn op het priesterkoor.
De houten beeldjes op de hoeken van de preekstoel hebben nu een plaatsje in de oude doopkapel en het grote houten klankbord boven de preekstoel is recentelijk opgehangen tegen het plafond in het voorportaal van de kerk.
Terwijl boven de zijbeuken stenen gewelven werden gemetseld, werd het plafond boven het middenschip van hout. Dat was goedkoper en de pilaren en funderingen werden daardoor minder belast. Het plafond werd vervolgens door Margry beschilderd met anemonen, lelies en narcissen, telkens met een tulp of een hyacint ertussen.