Samen kom je verder… Dat is het thema van de Parkdienst op zondag 15 september.…
Vrijwilligersavond Matthias
Tijdens de viering van het St.Matthiasfeest op 22 september werden de kosters, voor al het werk dat zij als vrijwilligers doen, in de bloemetjes gezet. Zij kregen een staande ovatie, want iedereen begrijpt dat de kosters veel werk moeten verzetten, voordat een viering kan beginnen. Uren van te voren moet bijvoorbeeld ’s winters de verwarming worden aangezet, anders is de kerk niet op tijd warm genoeg. Terecht, dat de aandacht dit keer op deze groep gevestigd was. Na de viering volgde een verrassingsprogramma voor de grote groep vrijwilligers die de St.Matthiasparochie kent. Uiteraard stond de koffie klaar, met een luxe gebakje. Daarna werd iedereen de bibliotheek uit gedirigeerd, omdat deze ruimte opnieuw ingericht moest worden voor het volgende programmapunt. Terwijl men na tien minuten weer een plekje probeerde te bemachtigen in de propvolle bibliotheek zorgde gitarist Otto Wolthuis voor een sfeervolle begeleiding. Al snel werd duidelijk wat de feestcommissie had bedacht: Met elkaar zingen! Iedereen zong uit volle borst mee met de tekst die op de muur geprojecteerd was. Het ene na het andere bekende lied kwam op de muur tevoorschijn. Van de “Amsterdamse grachten”, via “De klok van Arnemuiden” zong de groep zich naar “Bij die molen” en “Droomland”. Ook Engelstalige liederen werden moeiteloos door de groep vrijwilligers meegezongen, zoals “Yesterday”, “He’s got the whole World in his hands”, en “O when the saints”. De leden van het aanwezige OJEkoor zorgden spontaan voor een meerstemmig geluid. Bij het lied “Meisjes met rode haren”, kon de roodharige Lenie zich niet inhouden en zij begon spontaan te dansen voor het voltallige publiek, daarbij de eveneens roodharige Fifi met zich mee trekkend. Na drie kwartier zingen was men wel toe aan een drankje om de kelen te smeren. Daar werd ruimschoots in voorzien, met een hartig hapje erbij. Het bleef nog lange tijd gezellig onrustig in de pastorie aan de Herenweg….
Gerke van Egmond.